“Een gezonde veestapel begint bij je jonge dieren”
Bij Melkveehouderij J. Buijs VOF in Etten-Leur was twee jaar geleden de uiergezondheid de grootste reden voor het afvoeren van de koeien. Twee jaar later hebben de oplossingen en begeleiding van AHV ervoor gezorgd dat dit niet meer het geval is.
Het is begin oktober als we het erf van Anita en Joris Buijs oprijden. Wanneer wij aankomen is Joris vanwege de gunstige weersomstandigheden nog druk bezig met het inkuilen van de vijfde snede. Gelukkig heeft Joris tijd voor ons vrijgemaakt om het te hebben over het melkveebedrijf en de gezondheidsaanpak die zij hanteren. Op het bedrijf lopen 125 koeien en 80 stuks jongvee rond met een gemiddelde melkproductie van 9400 liter. De koeien worden in een melkstal van DeLaval gemolken.
Het melkveebedrijf heeft in totaal 100 hectare grond. Hierbij gaat het om 45 hectare grasland, 16 hectare natuurland en voor de rest onder andere nog veldbonen/tarwe, snijmais, voederbieten en gerst. Het bedrijf maakt gebruik van kringlooplandbouw en voert de koeien met regionaal gemaakt krachtvoer.
Minder stress voor melkveehouder en koe
Twee jaar geleden waren er te veel uiergezondheidsproblemen op het bedrijf en was Joris op zoek naar een andere aanpak. “De tijd veranderd, zo is dat ook op het gebied van diergezondheid. We hebben lang vastgehouden aan de reguliere middelen, maar dit gaf ons te veel stress. Je wordt er moe van om elke keer rekening te moeten houden met de dieren die wel of niet zijn behandeld. Mag ik de melk wel of niet gebruiken? Het spookt altijd door je hoofd, daar waren wij klaar mee!”
“We wilden de dierdagdosering die destijds op 2,3 lag daarom ook drastisch naar beneden krijgen. Dit met als doel om de diergezondheid en daarmee ook onze eigen gezondheid te verbeteren, zonder hiervoor stressvolle producten te gebruiken. Toen Marieke twee jaar geleden het erf op kwam rijden, was dat precies op het juiste moment. Volgens mij waren wij één van de eerste melkveehouders die Marieke bezocht, of niet?”, aldus Joris die met een vragende blik richting Technisch Specialist Diergezondheid Marieke kijkt, die bij het gesprek aanwezig is.
Volgens Marieke kan het inderdaad goed kloppen dat het één van haar eerste bezoeken was. Marieke weet nog goed dat ze in gesprek raakte met Joris en hij aangaf dat ze het succes van AHV maar eens moest bewijzen bij één van zijn topkoeien.
Resultaat bij deze koe geeft ons vertrouwen
Joris en Marieke begonnen met een kleine selectie koeien. “Een koe van ons had een lactatiewaarde van 124, maar een gigantisch hoog celgetal. Van deze koe wilden wij geen afscheid nemen en we zagen haar graag nog wat lactaties meegaan. Dankzij de begeleiding en de AHV Aspi, AHV Extra Tablet en AHV Quick Tablet is dit toen ook gelukt. Ze heeft nog een paar rondes mee kunnen draaien. Dit gaf ons het vertrouwen om ermee door te gaan”, geeft Joris aan.
Later in het gesprek blijkt dat wanneer familie Buijs iets probeert, zij er ook echt volledig voor gaan. Ze kijken dan niet naar één resultaat, maar gaan voor een lange periode een samenwerking aan en evalueren de resultaten met een ieder die hierbij betrokken is. “Natuurlijk was het de eerste keer even kijken hoe Marieke ging reageren, maar we hadden haar sowieso een kans gegeven over een langere periode. Wij snappen zelf ook dat een enkel geval nog niet veel zegt en gaan graag gedegen te werk. Zo hebben we het uiteindelijk ook met AHV en Marieke aangepakt. We hebben een periode en plan uitgestippeld en geëvalueerd wat de resultaten waren.”
Nog slechts twee koeien met blijvende problemen
In het begin is Joris zowel aan de slag gegaan met oudere als jongere dieren. Wetende dat de kans op slagen bij jongere en vaak schonere dieren groter is, dan bij oudere dieren die al veel problemen uit voorgaande lactaties met zich meedragen. “Ik weet nog goed dat we het eerste jaar 28 koeien met problemen hadden. Dit jaar zijn het er nog maar zes en zijn er nog maar twee koeien die echt blijvende problemen hebben uit eerdere lactaties. Je merkt dat wanneer je problemen in de eerste lactaties aanpakt ze minder snel terugkomen. Hierdoor blijven de koeien ook op oudere leeftijd gezonder.
Ik hoor nog wel eens om mij heen; ‘laat die jonge koeien maar lopen, dat komt vanzelf wel goed.’ Dan denk ik bij mezelf, nee dat komt niet goed. Het probleem is even weg, maar je krijgt de deksel later nog harder op je neus. En dan is het moeilijker om er iets tegen te doen dan wanneer je het direct aanpakt.”
“Je ziet dat de veestapel de afgelopen jaren in zijn geheel gezonder is geworden. Het is dan ook fijn om te zien dat Joris de aanpak helemaal eigen heeft gemaakt”, geeft Marieke ons aan. Joris geeft inderdaad aan dat het een mooi beeld geeft van de gezonde veestapel die er nu rondloopt en beaamt inderdaad dat hij tegenwoordig zelf de attentiekoeien weet te selecteren. “Marieke komt eens in de 6 á 8 weken even langs om de MPR te bespreken, maar dan heb ik zelf al wel de attentiekoeien geselecteerd”, aldus Joris. Twee jaar geleden lag het celgetal op 290 bij melkveehouderij J. Buijs VOF. Als we nu kijken naar het celgetal van 123 en de dierdagdosering van 1,4, dan is het logisch dat Joris daar blij mee is.
Vijfde kalfskoe toch nog kunnen helpen
Als we terugkijken op de afgelopen twee jaar blijkt er zich nog een mooi voorbeeld op te doen. “Koe 2559 was een vijfde kalfskoe met een goede melkproductie, maar het celgetal was met 1100 veel te hoog”, aldus Joris. Joris wist dat het moeilijk zal worden om deze koe weer gezond te krijgen vanwege de problemen die zij al meerder lactaties met zich meedroeg. Echter wilden hij de uitdaging wel aangaan. “Natuurlijk moet je realistisch blijven en snapte ik ook wel dat de kans kleiner zal zijn om deze koe te kunnen helpen, maar ik wilden het proberen. Uiteindelijk is het ons nog gelukt om de koe anderhalve lactatie extra te laten doormaken. We hebben zelfs in de zesde lactatie nog een celgetal van 43 weten te bereiken. Een prachtig resultaat!”
Wij voelen ons verantwoordelijk voor de diergezondheid
Hoe langer we aan het woord zijn met Joris des te duidelijker het wordt. Joris voelt zich verantwoordelijk voor de diergezondheid en de kwaliteit melk die zij leveren. Als zij hiervoor de oplossingen van AHV moeten inzetten, dan doen ze dat maar al te graag. “Je weet wat de producten kosten en nee, die zijn niet altijd goedkoop, maar je weet ook wat je misloopt als je het niet gebruikt. Een koe waarvan je de melk een langere periode niet kan gebruiken, kost je meer dan de producten van AHV. En dan heb ik het nog niet eens over de diergezondheid en onze eigen gezondheid die hierdoor verbeterd”.
Joris geeft aan dat als ze voorheen met de reguliere middelen de stal in kwamen lopen, een koe wel wist hoe laat het was. Helemaal als ze voor een tweede keer een behandeling moesten ondergaan, kon daar wel eens fel op gereageerd worden. Zo’n reactie heeft gevolgen voor het dier, de rust in de stal en voor ons. Het dier wordt onrustig en vaak neemt het andere dieren hierin mee. Tevens doet het je als veehouder ook absoluut niet goed als je jouw dier zo ziet reageren. Je wordt daar gewoon echt moe van! Als wij nu komen aanlopen met een bolusschieter, dan is er geen enkel probleem. Natuurlijk heeft er wel eens eentje geen zin om de bek open te doen, maar dit is niet te vergelijken met de onrust die andere middelen veroorzaken.”
Over het melkveebedrijf
De veestapel van J. Buijs VOF uit Etten-Leur bestaat uit 125 koeien en 80 stuks jongvee. Het bedrijf doet aan weidegang en heeft een melkstal van DeLaval. Het bedrijf heeft 100 hectare grond waaronder 45 hectare grasland, 16 hectare natuurgrond en nog veldbonen/tarwe, snijmais, voederbieten en gerst. Het rollend jaargemiddelde ligt op 9.400 kg melk met 4.68% vet, 3,64% eiwit en 4.56% lactose.
Een vraag voor een AHV-Specialist?
Wilt u bezocht worden door een AHV-Specialist om samen de gezondheid op uw melkveebedrijf te bespreken? Onze AHV Specialist komt graag bij u langs om samen de gezondheid van uw koeien te beoordelen en met een passend koespecifiek advies te komen.
Benelux – Contact Opnemen Adviseur kort
"*" geeft vereiste velden aan